In 2016 kwam onze roman Ren, Janina, ren! uit, een boek gebaseerd op het leven van Janina de Marchena-Katz. Op 30 mei is Janina rustig ingeslapen, 92 jaar oud. Op Curaçao kende bijna iedereen haar. Tot op hoge leeftijd was ze dagelijks te vinden in haar kledingzaak ‘Janina’ in Punda.
Slechts weinigen wisten dat zij werd geboren in het Poolse Chorostków (tegenwoordig Oekraïne).
Janina was nog maar tien jaar oud toen de Duitsers tijdens een razzia alle joodse inwoners samendreven op het dorpsplein. Haar moeder probeerde het leven van haar jongste dochter te redden. Zij was klein genoeg om onder een poortje weg te glippen. “Ren, Janina, ren!”, zei Janina’s moeder tegen haar. Zo bleef Janina achter, terwijl de Duitsers het hele dorp inclusief Janina’s familieleden afvoerden naar het vernietigingskamp Bełżec, waar zij kort daarna werden vermoord.
Daarna was Janina op zichzelf aangewezen. Ze verbleef tijdelijk op de vrouwenafdeling van het werkkamp Kamionki bij haar broer Bumek, maar kon daar niet blijven. Kort nadat haar broer en een vriend haar het kamp hadden uitgesmokkeld, werd Kamionki opgeheven. Alle inwoners, inclusief Bumek werden doodgeschoten en daarna verbrand.
Janina zwierf ondertussen rond, op zoek naar warmte en mensen bij wie ze veilig was. Dat lukte soms voor korte tijd en ze moest zich dan voordoen als christen en haar joodse afkomst verloochenen. Het was een angstige tijd, die pas eindige toen de oorlog in 1944 was afgelopen. Die zomer werd Janina, inmiddels twaalf jaar oud, herenigd met haar vader, die de Russen vóór het uitbreken van de oorlog hadden afgevoerd naar een strafkamp in Siberië. Drie jaar later vertrokken ze naar familie op Curaçao, waar Janina later een gezin stichtte en haar leven lang bleef wonen.
Het was een hele eer dat Janina voor de roman aan ons haar herinneringen toevertrouwde. Natuurlijk raakte ze bij het vertellen geregeld geëmotioneerd. Vooral het verlies van haar broer Bumek raakte haar nog steeds diep. Maar ze zat niet bij de pakken neer en werkte hard.
De laatste paar jaar kwam ze amper nog in de winkel, maar als ze er was, was er altijd wel iemand die een praatje met haar maakte. Het boek ‘Ren, Janina, ren!’ was in de winkel te koop en ze genoot ervan als mensen haar vroegen om het gekochte boek te signeren.